Kantlijn Live: Ik vraag me af waar dit begint

Op 21 mei betreden vijftien Kantlijnschrijvers literair podium Perdu. Tijdens deze theateravond laten zij zich flankeren door speciale gasten: schrijver en dichter Heidi Koren en auteur René Appel. Jean Koolen begeleid de verhalen met live muziek.

‘Ik vraag me af waar dit begint’, is het thema.

We denken dat alles uitspreken de ultieme liefdesdaad is. Maar misschien is naar alles luisteren een liefdesdaad die het vertellen overstijgt. Als je geluk hebt, en bij Kantlijn hebben we vaak geluk, kun je luisteren naar wat je geschreven hebt, en een antwoord geven wat je nog niet eerder gegeven hebt. Want luisteren creëert weer een nieuw verhaal. En je kunt je afvragen waar het begint.

Kantlijn Live in Theater Perdu
Woensdag 21 mei, aanvang 19.30u.

Toegang: 5 euro. Stadspas: gratis. 
Theater Perdu, Kloveniersburwal 86 Amsterdam
Reserveren: perdu.nl
Meer info: info@kantlijn.org

Het is verstandiger een kaars aan te steken

Het klagen zit in onze genen. Is het vorstvrij dan is het te koud of kan er nog een graadje bij. De hemel is blauw – oh nee, dan is er zeker storm op komst en niet zo’n beetje ook. Mijn handschoenen opgeborgen, komt er net een onweersbui aan. 
Nu blijkt: het is heerlijk, hoe fantastisch die tegenstellingen aanvoelen. Wat er niet is of wat juist komen moet, doet mijn bloed sneller stromen. Angst zaaien terwijl de lente haar uiterste best doet het tegendeel te bewijzen? Ben er zo langzamerhand achter dat wij op deze aardbol hectiek willen hebben, het liefst zo veel mogelijk. Nadenken over die talloze voorvallen houdt ons magisch bezig. Zodoende hoeven we niet aan onze sores te denken. De zon koesteren die ons omringt, kunnen we dan niet meer; te overweldigend. Dat kan mijn hart niet aan.
Of toch?
Is het niet verstandiger alles overboord te gooien, de sjaal van je af te laten glijden, met blote voeten door een enorme stortbui te banjeren en alles wat God getracht heeft te koesteren als een kaars tegen de wind in brandend te houden en trots, blij te zijn als dat lukt? Dan krijgt de duisternis in ons wezen voor altijd geen kans meer.

Ada Klootwijk

Toen jij nog jong was

Turend over de kale bergen
Fluks achterhaalt jouw blik
Het meer dat graag 800 jaar vooruit vlucht
Van d’r vele vissen en hun gevolgen

En toch vang je die slak
Sluiks sleept het zich voort
Zonder stoppen, de mystiek
Van de morgen voor zich uit
Toetsend… vorsend

Totdat de avondzon zuchtend bedekt
De pijn van vele levens met haar kleed
Heil zij die hun gif gauw vergulden
Nog mooier na 60 jaar of meer

Optocht der alchemisten
Zilverspoor spelend naar de ochtenddauw
Toen… ja toen
… Toen was je nog vrouw

HeJa

Wees je eigen leraar

Heb gisteren gezongen bij de ingang van een kerk. Een fijne gebeurtenis om te zingen met medemensen. Als er een God zou bestaan dan zou hij tevreden naar benden kijken. Nu de vraag: naar beneden, of omhoog. Waar zou God zich bevinden? En hoe zou hij of zij zichzelf vinden? Is hij tevreden of schaamt hij zich? Heeft hij ons wel geschapen of lag hij ergens te slapen? Dan zijn wij een nachtmerrie voor hem geworden. Egoïsten horrie op, vooral aan de top! Die willen ons beteugelen en desnoods neerslaan.

Maar Willie, hoe denk je dat het dan zou moeten?

Geen idee. Zorgen dat iedereen kan leven zonder honger te hebben en dat de waardering voor elkaar even groot is. Heerlijk je kinderen onbezorgd laten opgroeien. Niemand is dan beter dan een ander. Fijn, als iemand het even niet weet, dat dan een ander diegene helpt. Wat zou het fijn zijn als ieder naar eigen vermogen zijn best deed.

JUUT

De Dans van Herkenning!

Tor zat diep weggedoken in de grot om te schuilen. De mist was net opgetrokken en de bomen dampten na van het vele water. Het was niet zomaar een regenbui geweest. Dit was de krachtige moesson! De regen stroomde heel hard als een gordijn naar beneden. Tor kon niets meer zien. Gelukkig had hij deze grot ontdekt en schuilde hier nu al een lange tijd. Maar ja, wat is tijd, zei Tor in zichzelf, tijd is van elastiek! Toen de eerste zonnestralen zichtbaar werden, kroop Tor langzaam uit zijn schuilplaats.

Wat is dat daar? Tor kijkt verbaasd om zich heen. Naast de grot staat een hele grote oude wajangboom. Haar lange wortels hangen als haren naar beneden. Door de regen was de boom onzichtbaar geworden. Nu straalt de warme zon weer aan de heldere hemel. Alle wolken zijn verdwenen.

Aha, zegt Tor, deze boom ken ik. Hier wonen al mijn voorouders! Tor kijkt omhoog in een heldere blauwe lucht en geniet van de warme zonnestralen. Wat is het leven toch wonderlijk, denkt Tor. Omdat ik in deze grot schuilde voor de moesson, vind ik opnieuw deze oeroude krachtige wajangboom van mijn voorouders!

Wat gebeurt er nu? De wajangboom herkent de stem van Tor. Ze zegt, ik ken jouw ware naam, je heet geen Tor. Je ware naam is Scarabee, de heilige die eeuwige leeft. Jij staat voor transformatie en groei. Tor voelt een trilling door zich heen gaan. De levensenergie stoomt door zijn hart. Het is de dans van herkenning!

Will Adelaar